Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [30]de volken waren toornig geworden, en Uw toorn is gekomen, en de tijd der doden, om geoordeeld te worden, en om het loon te geven Uw dienstknechten, [31]den profeten, en [32]den heiligen, en dengenen, [33]die Uw Naam vrezen, den kleinen en den groten; en om te verderven degenen, [34]die de aarde verdierven. 30. Namelijk tevoren tegen Christus en Zijn rijk; maar nu is de tijd gekomen, dat gij uwe straf, in uw rechtvaardigen toorn, tegen zodanigen zult uitvoeren. 31. Waaronder de apostelen en Evangelisten van het Nieuwe Testament ook worden begrepen. 32. Waaronder alle trouwe leraars en martelaars ook worden begrepen. 33. Hierdoor worden al de andere gelovigen verstaan. 34. Namelijk met geweld en vervolging, met valse leringen en slechte voorbeelden. Zie hfdst.19 vs.2.